Schilderij van hoeve De Roobaert.

maandag 21 januari 2019

De tijd van toen... in " De ramp van de Gulden oogst" van Jan Verbeke


Oorlogstijd- Smokkelaars- Geldgewin en een “gulden oogst”.


Zo beschreef Jan Verbeke “:de tijd van toen “ in zijn boek: " De ramp van de gulden oogst" , uitg. Davidsfonds 1947

“ In vele huizen stonden de radiotoestellen de beangstigende mare van de Duitse inval over onze grenzen te roepen. Vliegtuigen ronkten dreigend door de lucht. De dagen kropen in spanning voorbij. Zwermen vluchtelingen zwierven langs de wegen en sleepten de last van haveloze pakken en schreiende miserie…..Blz 157
Kanon gegrol gromde. Het boemelde aan door  de lucht. Het naderde. De straten werden verlatener          
Overal waren ze om werk gaan zoeken, de een naar de kust, de ander naar de vliegpleinen in Frankrijk, weer anderen naar Duitsland. Sommigen bleven hier en daar en leefden van smokkel. (Blz 176)    

De oorlog bleef duren en de dagen trokken naar de put van de winter. Fons Bonneele was verleden week moeten vluchten, de benen van zijn lijf, om niet in de handen van de Feldpolizei te vallen  Een paar dagen geleden hadden gestapo-agenten een jongen van twintig jaar neergeschoten, toen die beproefde, nadat hij hun in de handen gelopen,was er uit te geraken; Toen de revolver geknald had, greep hij naar zijn zijde en zakte ineen. De jonge mannen verstopten zich nu. Maar altijd even hoog steeg de vraag naar tabak. Vrouwen en kinderen smokkelden ze weg en verdienden er een goede stuiver mee…. Al loerden het gevaar en de dood, toch trokken mannen, achter de lokstem van de grote winst, door de nachtelijke wegels, met zakken tabak op de rug. De nachten waren lang en donker      (.blz 260)
Omwille van de avondklok die door de bezetter was ingesteld op 21h zijn de smokkelaars met de fiets naar hun prooi in de Roobaard gereden.                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                   Zij wisten dat Hector op zijn boerderij van 7 ha goed boerde.
De teelten die door de oorlog gegeerd waren zoals tabak, aardappelen, vlees brachten een
gulden oogst op.
Hector bezat geld en als huurder van de hoeve zou  hij een eigendom verwerven .

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

De vreselijke misdaad in de Poperingenaar